Liewke in Ghana: nieuwe ervaringen op de vierde dag
Mijn vader zei altijd dat je elke maand iets moet doen waar je een beetje benauwd voor bent. Vandaag stond dat in het teken van de Tro Tro – een iconisch vervoersmiddel in Ghana. Stel je een oude, roestige bus voor, oorspronkelijk een Volkswagen, maar hier vaak vervangen door een Hyundai of onbekend Aziatisch merk. Het is een kleurrijke verzameling, vol roestplekken, blutsen, en herstelde plekken. In zo’n Tro Tro passen met goed fatsoen 15 man. De ultieme “haringen in een ton” ervaring! Toen Robert, onze begeleider, dit voorstelde, vond ik het geweldig, ondanks mijn nee-schudden.
De ervaring was fantastisch. Ja, je zit soms bij anderen op schoot, maar dat maakt het alleen maar leuker. Op de markt werden we aangesproken door veel mensen, en met Tamara erbij, een jonge vrouw die net maandagavond was aangekomen om stage te lopen bij Maxim Nyansa, trok ons gezelschap van drie vrouwen behoorlijk wat aandacht. De moeder-rol bleek hier, net als bij ons, met respect te worden omringd. Grijs haar had hier zijn voordelen; als ‘moeder’ van de groep werd ik gerespecteerd, wat ons wat rust gaf tijdens het bezoek.
Een luchtige start met fruit en shortbread
De ochtend startte goed met vers fruit en shortbread. Ik was iets later op de compound dan normaal, maar dat maakte gelukkig niets uit. Na een goede start begon de training om kwart voor negen en waren de trainees snel weer actief.
Training en een nieuwe opstelling
De ochtend begon met een luchtige oefening: trainees moesten raden wat de hobby van hun medetrainee was, met alleen ja- of nee-vragen. Dat zorgde voor veel gelach. Daarna legde ik de Kipling-woorden uit, en hoe we deze gebruiken in een Probleemstatement. In groepjes gingen ze aan de slag en lazen elkaars stellingen om vervolgens te bedenken wat hun eerste vraag zou zijn. Interessant genoeg gingen ze meteen over op gesloten vragen.
Voor de pauze vroeg ik iedereen hun spullen van de tafels te halen. Op de gang hoorde ik hen lachen en praten. In de tussentijd veranderde ik de opstelling van de tafels naar een café-opstelling – zoals Mijntje het noemde, de “basisschoolklasopstelling.”
Bij hun terugkeer in het lokaal was de schok voelbaar. Ik vroeg ze hun gevoelens hierover op te schrijven, zonder dat ze dit hoefden te delen. Dit leidde naar het thema Change Management, waarin we o.a. de Fisher-curve bespraken. De emoties die ze hadden ervaren bleken herkenbaar. Vervolgens vroeg ik wat ik had kunnen doen om de verandering minder schokkend te maken. Hun antwoorden waren raak: consulteren, betrekken, redenen uitleggen – precies wat belangrijk is in verandermanagement.
De meerderheid vond uiteindelijk de nieuwe opstelling prima. We sloten de ochtend af met de aankondiging dat we morgen gaan praten over het borgen van de verandering. Benieuwd wat dat zal brengen!